Voor veel mensen is DigiD een ramp. Ze zijn digibeet, hebben misschien wel een smartphone of tablet, maar kunnen er helemaal niet mee omgaan. Ze zijn er bang van en gebruiken de apparaten alleen maar als het echt niet anders kan. Wil je met de overheid administratief in contact treden dan kan dit feitelijk alleen nog via internet.
Met DigiD kun je documenten invullen, aanvragen doen of bezwaren maken. Het inzetten van DigiD is een lastige stap. Om nog iets face to face geregeld te krijgen, moet je afspraken maken, als dit al mogelijk is. Als je iets een beetje vlot wil regelen, ben je dus wel genoodzaakt op het internet met de DigiD aan de slag te gaan. En tot voor kort kon je dan
inloggen op zo’n overheidssite met een gebruikersnaam en wachtwoord, maar dat is over. Je kunt uitsluitend met de DigiD app of met een SMS-code inloggen. In beide gevallen moet je dus een apparaat hebben: een smartphone, een tablet of een telefoon met minimaal SMS.
Nog een punt is dat je in het verleden andere mensen kon vragen iets voor jou te doen: je gaf ze simpelweg de inloggegevens. Dat kan dus niet meer. DigiD is persoonlijk en dus doen we er allerlei moeite voor om overdragen hiervan te voorkomen. Je bent dus persoonlijk gebonden met één van de genoemde apparaten om contact te krijgen. Dit zou je veiligheid vergroten. Hulp betekent nu echter dat je naast de hulpverlener gaat zitten, die jou helpt. Van zelfredzaamheid is dan nog steeds geen sprake en zal er ook niet komen. De minimale hulp die je kunt krijgen is nu bij de bieb, afgezien van vaak mantelzorgers die bij je thuis jou willen helpen.
Op de bieb helpen vrijwilligers digibeten onder andere op weg met DigiD. Omdat deze digitale wereld zo onbereikbaar is voor velen, is de kans op een onveilige situatie of misbruik nog steeds groot. Bij een bijeenkomst over armoedebeleid in onze gemeente gisteren, werd er door een aantal aanwezigen weer eens op gewezen dat heel veel ouderen en laaggeletterden niet om kunnen gaan met de digitale wereld. De kloof wordt alleen maar dieper en de tweedeling dus ook.
Iemand waarvoor de toegang tot de digitale wereld geen echte geheimen kent, is ervan overtuigd dat zowat iedereen dit moet kunnen snappen. Vaak is dit niet het geval omdat, voordat je zoiets begrijpt, je nog veel meer andere zaken moet doorzien en weten. De achterstand is te groot en vaak reiken de digitale vaardigheden niet verder dan het aanleren van wat gescripte trucjes. Bij de minste of geringste wijziging van de soft- of hardware is men geheel van slag en komt men er al niet meer uit.
Het feit dat zowat een kwart van onze 15-jarigen laaggeletterd is, belooft ook niet veel goeds voor de toekomst. De meeste -eenvoudige- mensen hebben behoefte om persoonlijk te worden geholpen. Dat geldt voor de DigiD, maar ook voor bankzaken. Ook in deze tak is de gehele dienstverlening opgeschoven naar het internet en een gesprek met mensen -zeker face to face- is eigenlijk onmogelijk of onbetaalbaar. Menselijke inzet wordt gezien als een kostenpost. Wil je ervan gebruik maken, dan zul je flink de buidel in moeten: uurtje factuurtje. Of je bent aangewezen op goedwillende vrijwilligers, waarvan je mag hopen dat ze je inderdaad goed helpen.
Het abstracte kader van een digitale wereld is voor grote delen van de maatschappij veel te complex. Bij de minste teruggang van geestelijke vermogens is dit bovendien het eerste wat sneuvelt in de bovenkamer. Je wordt hoe langer hoe afhankelijker en je eventuele digitale mantelzorger kan niet van je zijde wijken, omdat deze afhankelijk is van jouw persoonlijke apparaten om zaken voor je te regelen.
Als mens moet je sowieso minimaal drie sleutels hebben: een Bankpas, een Identiteitskaart en een DigiD. BID noem ik dit. Heb je deze drie dingen, dan bid ik dat je er vervolgens mee overweg kunt gaan. Zeker nu al twee van de drie sleutels uitsluitend toegang geven tot de digitale snelweg zonder escape elders, voorzie ik een sombere toekomst in voor de steeds ouder en geestelijk zwakker wordende bevolking.
Ik vrees ook dat stappen terugzetten onmogelijk en te kostbaar is. Hier worden we volledig afhankelijk van onze participatiemaatschappij. Bestaat die eigenlijk nog wel? Of wordt die ook wegbezuinigd.